Sluters Calvarie als devotioneel object
17 oktober 2021Emotioneel focuspunt en meditatieve puzzel
Dit blogartikel is speciaal voor ons Claes Sluter-project geschreven door dr. L.A. (Lieke) Smits, postdoctoraal onderzoeker Ruusbroecgenootschap, Universiteit Antwerpen / FWO. Zij is gespecialiseerd in laatmiddeleeuwse religieuze kunst.
In maart 2021 heeft het Rijksmuseum een sculptuur van Claes Sluter verworven, dat inmiddels op zaal te zien is. In het persbericht en de media staat vooral de positie van het werk binnen het oeuvre van Sluter centraal. In deze blog post zal ik dieper ingaan op de iconografie en devotionele functie van het beeldje.
(Tekst gaat door onder afbeelding)
Kruisbeelden
De kruisiging was waarschijnlijk het meest geziene beeld in het laatmiddeleeuwse christendom. Grote kruisbeelden sierden kerken en kloosters, terwijl kleinere exemplaren dienstdeden in woonhuizen en kloostercellen. Deze kleine beeldjes waren er in goedkope uitvoeringen, zoals pijpaarde en terracotta: materialen die zich leenden voor massareproductie. Er waren ook luxere versies beschikbaar, in bijvoorbeeld ivoor of dure houtsoorten.
De sculptuur van Sluter behoort tot deze laatste categorie. Het kostbare buxushout was niet voor iedereen betaalbaar, en duidt op een opdrachtgever uit de omgeving van het Bourgondische hof, waar Sluter vanaf 1383 in dienst was.
(Tekst gaat door onder afbeelding)
Calvarie
De sculptuur toont niet alleen Christus aan het kruis, maar ook aan weerszijden de treurende Maria en Johannes de Evangelist. Dit was een gebruikelijk beeldmotief en wordt wel aangeduid met de term ‘Calvarie’, een andere naam voor Golgotha, de berg waarop Christus de kruisdood stierf. Zo’n Calvarie kon uit losse figuren bestaan, of zoals in het geval van het beeldje van Sluter uit één geheel. Sluter’s bekendste werk, de Mozesput in de Chartreuse de Champmol in Dijon, is gemaakt als voetstuk voor een kruis dat mogelijk ook deel van een Calvarie was, met Maria Magdalena aan de voet.
(Tekst gaat door onder afbeelding)
Middeleeuwse privédevotie
Hoewel de eigenaren van Sluters sculptuur niet doorsnee zullen zijn geweest, kunnen we de functie van het beeld wel begrijpen binnen de typische privédevotie van de late middeleeuwen. Spiritualiteit was niet alleen deel van het dagelijks leven van kloosterlingen; ook leken namen in toenemende mate deel aan het religieuze leven. Het bezit van boeken en devotionele objecten bood mogelijkheden tot meditatie en andere devotionele praktijken in een privékapel, bij een huisaltaar of in een afgezonderd woonvertrek.
(Tekst gaat door onder afbeelding)
Iconografie
Het leven en lijden van Christus speelden een centrale rol in deze lekendevotie. Het oproepen van compassie en andere emotionele reacties was hierbij belangrijk. Teksten in de volkstaal nodigden hun lezers bijvoorbeeld uit om zich voor te stellen dat ze bij de kruisiging aanwezig waren, en meditaties op Christus’ gekruisigde lichaam beschreven de wonden en geselingen in detail. Deze teksten riepen op tot visualisatie, en hierbij was ook kunst een belangrijk hulpmiddel. Wie het beeldje van Sluter als focus van affectieve meditatie gebruikte kon zich bijvoorbeeld proberen in te leven in het lijden van Christus zelf, met zijn doornenkroon en doorspijkerden handen en voeten. Ook kon de gelovige zich identificeren met het verdriet van Maria en Johannes, en in hun plaats als toeschouwer bij het kruis aanwezig zijn.
Naast deze affectieve beleving roept de sculptuur van Sluter met zijn bijzondere iconografie ook op tot een cognitief en associatief meditatiespel. Drie bijzondere beeldelementen vallen op die de kijker aan het denken zetten: het kruis heeft de vorm van een boomstam, tussen de wortels bevindt zich een leeuwin met welpen, en halverwege het kruis, onder Christus’ voeten, zien we een engel zweven.
De aanwezigheid van de leeuwin kon de gelovige bijvoorbeeld herinneren aan het middeleeuwse idee dat leeuwenwelpen dood geboren worden en na drie dagen pas tot leven komen. Dit stond in bestiaria, waarin een relatie werd gelegd met de wederopstanding van Christus op de derde dag. Via deze associatie benadrukt het beeld van de leeuwin dat het lijden van Christus aan het kruis tot de Verlossing leidde.
(Tekst gaat door onder afbeelding)
Kruishoutlegende
De organische boomvorm van het kruis kon de toeschouwer dan weer herinneren aan de Kruishoutlegende. Volgens deze overlevering zou het kruis vervaardigd zijn uit een boom die was gegroeid uit twijgjes of zaadjes van de paradijsboom, geplant op Adams graf. Zo wordt de erfzonde direct in verband gebracht met de verlossing hiervan door Christus’ kruisdood en opstanding. Het buxushout dat Sluter koos werd in de middeleeuwen palmhout genoemd, waaruit men dacht dat het kruis was gemaakt.
(Tekst gaat door onder afbeelding)
Zwevende figuur rond het midden van het kruis
De zwevende figuur rond het midden van het kruis is misschien wel het meest raadselachtige aspect van de sculptuur. De figuur lijkt gekleed als een diaken in een dalmatiek, wat doet vermoeden dat het om een engel gaat. Naar Byzantijns voorbeeld werd het vanaf de late 14de eeuw in het Westen gebruikelijk om engelen in liturgische kledij af te beelden. Ook de engelen op Sluter’s Mozesput, die de voetstuk van het kruis dragen, zijn in liturgische gewaden gehuld.
Een 19de-eeuwse kopie van de Calvarie laat zien dat het inderdaad om een gevleugelde engel gaat. Bovendien zien we hier nog een tweede engel, die een banderol vasthoudt. Op het beeldje van Sluter is nog te zien waar de banderol bevestigd was. De engel in dalmatiek herinnert de gelovige aan de viering van het kruisoffer van Christus en de genade van de Verlossing in de eucharistie.
Markeren de engelen daarnaast misschien de grens tussen de aardse scene aan de voet van het kruis en het meer verheven bestaan van Christus, waar ze tussen mediëren? Niet alleen de middeleeuwse, beschouwer, maar ook de moderne kunsthistoricus wordt goed aan het denken gezet.
Auteur: dr. L.A. (Lieke) Smits
Oktober 2021